De rechter heeft Jay-Z toestemming gegeven om een officieel verzoek in te dienen om de verkrachtingszaak tegen hem te laten verwerpen. De zaak betreft een beschuldiging van een anonieme vrouw die beweert dat Jay-Z en Diddy haar in september 2000 hebben gedrogeerd en verkracht tijdens een afterparty van de MTV Video Music Awards.
De advocaat van Jay-Z, Alex Spiro, voert aan dat de beschuldigingen juridisch niet houdbaar zijn. Volgens Spiro kan de vrouw zich niet beroepen op de New Yorkse Gender-Motivated Violence Protection Act (GMV-wet), omdat deze wet pas drie maanden na het vermeende incident werd ingevoerd. Daarnaast stelt hij dat het niet vaststaat dat als het gebeurd is, het daadwerkelijk in New York heeft plaatsgevonden, wat de toepassing van de wet verder bemoeilijkt.
Ook betoogt Spiro dat de zaak niet ontvankelijk is onder de Child Victims Act, een wet die het tijdelijk mogelijk maakte om verouderde claims van kindermisbruik in te dienen. Deze wet sloot echter in augustus 2021.
De advocaat van de aanklager, Tony Buzbee, heeft de argumenten van Spiro fel bestreden. Hij stelt dat de GMV-wet juist bedoeld is om slachtoffers een route naar gerechtigheid te bieden, ongeacht wanneer het misdrijf plaatsvond. Hij vroeg de rechter om het verzoek van Spiro te verwerpen en benadrukt dat er nog geen bewijsvoering is geweest.
Jay-Z heeft tot 6 februari de tijd om zijn formele verzoek in te dienen. De aanklagers hebben vervolgens tot 28 februari om hierop te reageren. De rechter zal daarna beslissen of de zaak wordt voortgezet of wordt afgewezen.